We komen het in de praktijk regelmatig tegen: een kandidaat maakt een toets in een digitaal systeem en ziet bij zijn resultaten dat hij 57% van de punten heeft gescoord. ‘Hoera,’ denkt hij, ‘57%, dat is bijna een 6. Ik ben geslaagd!’. De kandidaat kijkt niet verder en ziet niet dat bij dat percentage het cijfer 4,1 hoort. Maar het zou ook een 5,3 kunnen zijn. Of gewoon de melding ‘gezakt’. Pas later ontdekt hij de onvoldoende en dient hij soms zelf bezwaar in. Want hij had toch meer dan 55% van de punten gescoord? Dan heeft hij toch recht op een voldoende?