logo-professioneel-begeleiden logo-professioneel-begeleiden
Filters

Alle artikelen - Abonneer je nu!

Niches (volledige uitgave, 18 artikelen)

INHOUD THEMA ‘NICHES’ (september 2015) Ronald Wolbink analyseert het coachvak, Jikke de Ruiter Het imago van coaching, Sijtze de Roos Iedere coach een eigen niche, Redactie Leve de generalist, Saskia Teppema IK-ANDER Aandacht voor behoeften geeft verdieping, Chantal van Thiel En nu… Buiten de gebaande paden Waaraan herken je een goede coach of supervisor? Mieke Voogd Dromen van fotomodellen waarmaken, Joey Steur Begin met het WAAROM, Joke Tacoma ORGANISATIE Opdrachtgevers aan het woord, Gerard Kroon Usela van Stekelenburg over familiebedrijven, Ad Maas Onderpresteerders, Paul de Ruiter Waarom iedereen luistert als je over seks praat, Saskia Teppema MAATSCHAPPIJ 365 dagen op weg naar geluk, Ericka Kuyters & Saskia Teppema Platform Autonome Coaches, Sijtze de Roos Žižek: Een kritische bril, Jikke de Ruiter In gesprek met Belgisch psychiater en hoogleraar Dirk De Wachter, Jikke de Ruiter Spel in begeleidingssituaties, Michiel de Ronde Niche Nog steeds floreert coaching binnen de begeleidingskunde. Voortdurend verschijnen nieuwe, soms exotische, vormen en soorten op de markt. Is coaching een niche en welke niches zijn er zoal binnen coaching? In deze uitgave onderzoeken we ons vakgebied en kijken wat nodig is om, ondanks de voor velen toch lastige tijden en soms sceptische geluiden, te blijven gedijen. Het blijkt aanleiding tot een leerzame zoektocht binnen en buiten ons werkveld met stevige uitspraken over het bestaansrecht van het vakgebied. Ronald Wolbink, coach, filosoof en bedrijfskundige, promoveerde op een kritische analyse van het coachvak. Hij stelt dat aan het eind van de jaren tachtig de mensen door de doorontwikkeling van het neoliberale marktdenken steeds meer op zichzelf werden teruggeworpen en op hun eigen verantwoordelijkheid werden gewezen. Deze individualisering creëerde destijds het gat in de markt voor coaches. Tot welke grote diversiteit dit uiteindelijk heeft geleid, is te lezen in het artikel ‘Iedere coach een niche’. Het lijkt alsof er voor elk probleem een coach is. Joey Steur, modellencoach, beschrijft hoe haar persoonlijke ervaring en ontwikkeling een rol speelden bij het vinden van haar niche. Deze grote diversiteit maakt het lastig om het kaf van het koren te scheiden. In het ECVision-project heeft men een poging gedaan om te beschrijven waaraan je een goede coach of supervisor herkent. Mieke Voogd zet het op een rij. Opvallend is dat het niet alleen gaat om doen, weten en kunnen, maar ook het zíjn is heel belangrijk: de professionele identiteit. Hierbij zijn onder andere tolerantie, kwaliteitsontwikkeling, ethiek en reflectie belangrijk. Een alarmerende conclusie van Wolbink is dat juist reflectie op het coachvak ontbreekt. Ook buitenstaanders hebben zo hun bedenkingen inventariseert Sijtze de Roos. Coaches zouden juist meer naar buiten moeten kijken en inspelen op wat er aan de hand is in organisaties, bedrijven en in onze samenleving. Enkele uitspraken uit dit artikel: “Richt je niet alleen op het persoonlijke, maar betrek de omstandigheden meer”, “Stop met de zoektocht naar authenticiteit”, “Hebben coaches een rol in het organiseren van tegenkracht?”, “Als professionals zich niet laten inpakken hebben ze grote impact”, “ Denk in de allereerste plaats na over de wereld om je heen”. Deze kritiek is voor Jikke de Ruiter mede aanleiding om de zaken te willen veranderen. Daarom, vertelt ze in een interview, richt zij per heden het Platform Autonome Coaches op. Ik hoop dat dit themanummer uitnodigt tot reflectie en aanmoedigt om kritisch om ons heen te durven kijken. Om zo ons mooie vak geen niche van voorbijgaande aard te laten zijn, maar bestaansrecht in de toekomst te laten behouden.

€ 6,95

Leve de generalist

Auteur: Saskia Teppema

“Als ik ooit een hond neem, noem ik hem Focus,” zei ik vroeger als me na de zoveelste marketingcursus gevraagd werd wat mijn product is. “En dat moet dan bij voorkeur een hond zijn die slecht luistert.” Misschien gaat het me dan lukken, verzuchtte ik. Want levend zonder hond en met een inmiddels dode poes, is mijn focus – en daarmee weten ‘wat precies mijn ding is’ – vaak ver te zoeken. Mijn niche is namelijk generalist. En dat wil ik graag zo houden, al gonzen de mantra’s van marketinggoeroes, de Laura’s en Nisandeh’s van deze tijd, om mijn hoofd: “Je weet: wie niet kiest, verliest!” Van alle markten thuis is echter een fantastische niche. Zien de deelnemers het niet meer zitten tijdens een studiedag over de werking van de bedrading van de pomp die het warmteonderdeel van de airco in de dependances moet verzorgen, dan weet ik hoe ik hen met een creatieve werkvorm weer kan motiveren. Hebben de it-specialisten voor storingen van zeebodembekabeling moeite om hun baas, die regeert vanuit op omzetgerichte tunnelvisie, aan te spreken? Dan organiseer ik een workshop provocatieve gespreksvoering, wat niet alleen als smeerolie werkt maar ook de opmaat is tot een veel lolliger samenwerking. En als hardwerkende leidinggevenden van hardware-ingenieurs zich niet meer met hun team verbonden voelen, dan leer ik hen hoe ze hun gevoel kunnen inzetten om de communicatie weer te laten stromen. Leve de variatie, zou je denken. Als roepende in de nichewoestijn heb ik het echter niet eenvoudig. Gelukkig liep onlangs Doortje langs mijn tuinhek toen ik mijn rozen professioneel aan het snoeien was; belangrijk mindfulnessklusje. Doortje geeft les op de hondenschool. Een leuk mens! Ik ken haar van de cursus logistieke bedrijfsvoering voor zzp’ers in de luchthandel. “Moet je luisteren, ik heb nu iets meegemaakt”, stak ze van wal. “Komt er een dame uit de villawijk met een pracht van een Siamees naar mijn school. Ze had zulke goede verhalen gehoord over mijn lessen. Haar Sosja moest en zou bij mij in de klas, maar ja, je weet ik heb uitsluitend honden. Na een week kwam ze vragen hoe het met haar schatje ging. ‘Mevrouw,’ zei ik, ‘miauwen gaat werkelijk geweldig. Maar blaffen? Nee dat wordt nooit iets.’ ”En toen liep ze door, mij met de snoeischaar peinzend achterlatend. Dan toch maar liever een poes nemen? Die zijn niet zo opvoedbaar en blaffen zullen ze godzijdank nooit leren. Hoe zal ik haar dan noemen? Een poes noem je geen Focus. Ik knipte een mooie roos voor mezelf af. En ineens wist ik het: Karma. Ik noem haar ‘Karma’. En wat dat betekent? ‘Doen wat voor je ligt’. Als dat geen specialisme is, dan wordt het tijd dat ik daar een congres over organiseer. Want ook dat kan ik. ■ Saskia Teppema is redactielid van het Tijdschrift voor Coaching en werkt als trainer, executive coach en organisatieadviseur vanuit haar eigen bureau Teppema Executive Coaching. www.saskiateppema.nl
Gratis
lees meer

Schrijf je in voor de nieuwsbrief en blijf op de hoogte!

Op weg naar ruimte en vrijheid

Crisis als aanleiding om inzicht te vergroten in (je) identiteitswerk

Datum:
Locatie:

Download gratis deze white paper