logo-professioneel-begeleiden logo-professioneel-begeleiden
Filters

Alle artikelen - Abonneer je nu!

Angst (volledige uitgave, 15 artikelen)

INHOUD THEMA ´ANGST´ (mei 2014) Het verstand buitenspel, Leona Aarsen De opinie van … Gerrit Glas, Jos Govaarts Pioniers: Melanie Klein, Fenneke Woertman Kan de counsellor angst de baas? John Stolvoort Angst te falen, Yvette van der Pas PRAKTIJK Faalangst, Tanja van Essen Het huwelijk tussen vakmanschap en ondernemerschap, Frans van der Gouw Doorheen de angst, Joeri Calsius Tegen de berg opzien, casus Omgaan met verlies, conflict en gevaar, Marion Uitslag & Tineke Rodenburg ACTUEEL De angst van de homo economicus, Tom Hannes Trends & Ontwikkelingen Overstroomd door betekenisloze ervaringen, Gerard Wijers Gelezen en verder lezen over angst Paranoïde ouderschap Opgroeiend als enig kind, wenste ik mij een ‘groot’ gezin. Al jong trof ik de liefde van mijn leven, die dezelfde ideeën over het ideale gezinsleven eropna hield. We rondden onze opleidingen af, kregen fijne banen in de schoot geworpen, reisden naar verre landen, trouwden en kregen drie prachtige kinderen. We konden ons geluk niet op. Nooit had ik kunnen vermoeden, dat die overweldigende liefde voor onze kinderen me tegelijkertijd zo kwetsbaar en bang kon maken: zijn ze gezond, gelukkig? Angst gelijk de liefde zo ontzagwekkend. Meestal is angst een nuttige emotie om specifieke prikkels als pijn of gevaar te vermijden of ontwijken. Leona Aarsen legt in de ‘Verkenning’ uit waar deze nuttige emotie de brug oversteekt naar pathologie en een stoornis wordt. Een angststoornis is een complex probleem, waarbij meestal meerdere lagen emoties het probleem voeden. Dat maakt dat de begeleiding van een dergelijke stoornis ook een brug te ver kan zijn voor counsellors. Gerrit Glas ziet voor counsellors een rol weggelegd in de begeleiding van cliënten met angsten die te maken hebben met alledaagse gevoelens: “Aspecifieke angsten die niet al te intens, maar wel hinderlijk zijn – tussen realiteit en pathologie in.” “Mensen met angststoornissen komen vaak in de counsellingpraktijk met andere klachten of problemen”, aldus John Stolvoort. Hij legt uit welke methoden de counsellor in begeleiding ter hand kan nemen om de angst de baas te worden. Het is natuurlijk dat ik als ouder bezorgd ben over het welzijn van onze kinderen. Met de jaren heeft ervaring me geleerd op mijn gevoel te vertrouwen waar het de gezondheid en het geluk van onze kinderen betreft. Natuurlijk heeft hun toenemende mondigheid in de periode van baby tot puber me daarbij geholpen… De laatste jaren is er geen onderwerp meer met argusogen bekeken dan de veiligheid van kinderen. Het onderwerp is zo beladen geworden dat elk incident een publieke discussie en allerlei maatregelen kan oproepen. Het tot paranoïde uitgegroeide ouderschap (Furedi, 2002) wordt gevoed door de angstige verwachting dat er iets slechts zal gebeuren met onze kinderen. Gerard Wijers zet uiteen hoe counselling een rol kan spelen in onze risicomaatschappij, die inmiddels onze dagelijkse realiteit bepaalt. Wat de veiligheid van onze kinderen betreft is het een bewuste keuze te geloven in de goedheid van de mens. Ik probeer niet bang te zijn als ik onze kinderen de vrijheid bied deze oprechtheid en welwillendheid van de medemens zelf te ervaren. Dit vertrouwen in onze naasten heeft zich uitbetaald in sociale en betrokken kinderen, op wie ik enorm trots ben.

€ 6,95

Gelezen over angst

Behandelgids angst en paniek Therapeutenhandleiding & Cliëntenwerkboek Michelle Craske & David Barlow Nieuwezijds, 2013 ISBN 978 90 571 2362 7 & ISBN 978 90 571 2363 4 De auteurs van de ‘Behandelgids angst en paniek’ hebben twee lijvige publicaties geschreven: een therapeutenhandleiding en een bijbehorend cliëntenwerkboek. Hun doel is om een effectief, evidence-based behandelprogramma voor angst, paniek en agorafobie te bieden, waarmee de therapeut samen met de cliënt in twaalf sessies de angstklachten beïnvloedt. Het programma is vooral geschikt voor cliënten die hun paniekaanvallen als de belangrijkste bron van angst en bezorgdheid zien en zich voortdurend zorgen maken over een volgende aanval. De cognitief gedragstherapeutische benadering van angstklachten is duidelijk aanwezig, zoals blijkt uit de geprotocolleerde opzet, verschillende online te downloaden formulieren en specifieke technieken. Mooi in deze behandelgids is dat er ook aandacht is voor de naastbetrokkenen van de cliënt, om terugval te voorkomen. De therapeutenhandleiding biedt beschrijvingen van sessies, uitleg over de begrippen en principes die ten grondslag liggen aan de therapie en een bespreking over therapeutgedragingen. Middels voorbeelddialogen wordt de therapeut voorbereid op veelvoorkomende therapeut-cliëntinteracties. Een hoofdstuk is geweid aan kortdurende zorg, dit aangepaste traject kan gezien worden als een introductie in de uitgangspunten en vaardigheden van paniekmanagement en vereist discipline van de cliënt om er zelf mee verder te gaan. Het cliëntenwerkboek bestaat uit twaalf hoofdstukken, onderverdeeld in vier delen: basisbeginselen, copingvaardigheden, exposure en plannen voor de toekomst (terugvalpreventie). In elk hoofdstuk leert de cliënt een specifieke vaardigheid, die voortbouwt op de vaardigheid uit het vorige hoofdstuk. Elk hoofdstuk besluit met een samenvatting van de theorie, een zelfevaluatie en huiswerkopdrachten. Zo leren cliënten waarom paniekaanvallen niet gevaarlijk zijn, welke situaties hen de meeste angst en paniek bezorgen, hoe ze dan op hun ademhaling kunnen letten, welke gedachten hierbij helpend zijn en de confrontatie met moeilijke situaties en lichamelijke symptomen aan te gaan. De behandelgidsen hebben inhoudelijk een duidelijke opbouw, een heldere lay-out en een goede leesbaarheid door een ruime regelafstand, duidelijke alineamarkering en consistente opmaakstijl. De illustratieloze, dikke uitgaven kunnen de lezer echter ook ontmoedigen om de boeken te gaan gebruiken Gerrie Ham-Willemsen – orthopedagoog in opleiding tot GZ-psycholoog en cognitief gedragstherapeut, www.gerrieham.nl Fobieën Manja de Neef & Pim Cuijpers Boom, 2007 ISBN 978 90 850 6388 9 ‘Fobieën’ is een praktisch en prettig geschreven zelfhulpboek voor mensen die last hebben van extreme angst voor bepaalde situaties en die door deze angst de betreffende situaties gaan vermijden. Iemand die zich verslikt heeft in eten en geen vast voedsel meer durft te eten. Of iemand die vastgezeten heeft in de lift en in paniek geraakt is en daardoor niet meer in de lift durft of in kleine ruimtes durft te zijn. De angst voor deze situaties kan zodanig ernstig zijn dat normaal functioneren niet meer mogelijk is. Dit boek is bedoeld voor mensen die zelfstandig aan de slag willen met hun angst. Manja de Neef en Pim Cuijpers beschrijven een stappenplan om de beperkingen die de angst oplegt te verminderen. Het boek start met uitleg van het verschil tussen angst en fobie, een beschrijving van de verschillende soorten fobieën, uitleg over oorzaken en een beschrijving van de verschillende behandelingen. Daarna worden stapsgewijs de klachten in kaart gebracht en worden doelen gesteld. De verschillende stappen die genomen worden, worden in kleine stapjes opgedeeld en handige tips en tools worden aangereikt om de voortgang bij te houden. Zo wordt gewerkt met een angstthermometer, een vertrouwenspersoon en een weekplanning. Per hoofdstuk worden diverse opdrachten gegeven die de lezer uitvoert. De opdrachten lopen op in moeilijkheidsgraad. Doel van de opdrachten is de angstgevende situaties op te zoeken en vermijding te voorkomen. Met voorbeelden van behandeling van drie personen wordt de tekst verduidelijkt en worden de stappen duidelijk gemaakt. In de bijlagen zitten verschillende aanvullingen en hulpmiddelen zoals een smoezenlijst, een wensenlijst voor een vertrouwenspersoon, de weekplanning en een mogelijkheid om de eigen vorderingen te meten. Achter in het boek zit een cd-rom met ontspanningsoefeningen die gebruikt kan worden tussen de opdrachten door en die helpen om de aanpak succesvol te maken. ‘Fobieën’ is een handzaam en prettig leesbaar boek dat je stap voor stap helpt om van je angsten af te komen. Anke de Jong-Koelé, registertherapeut BNG® Rouw- en Verliesbegeleiding, www.virtuspraktijk.nl
Gratis
lees meer

Verder lezen over angst

Assessing Variants and Complications in Anxiety Disorders Dean McKay & Eric Storch (Eds.) Springer, 2013 ISBN 978 14 614 6451 8 The ‘Handbook of Assessing Variants and Complications in Anxiety Disorders’ assembles current findings on assessment methods and applies them to common complicating factors, including comorbid personality and behavioral problems. Chapters examine innovative approaches to assessment of anxiety in children and adults, provide leading insights into timely topics and analyze strengths and weaknesses of widely used assessment tools. The handbook’s coverage spans the anxiety spectrum, including areas such as assessment of social and generalized anxiety disorder, neuropsychological assessment of obsessive-compulsive disorder, personality disorder assessment in clients with anxiety disorders, and functional assessment of comorbid and secondary disorders: identifying conditions for primary treatment. Angst bij kinderen Frits Boer LannooCampus, 2011 ISBN 978 90 209 9953 2 Bijna 10% van alle kinderen en jongeren kampt met een vorm van overmatige angst. ‘Angst bij kinderen’ vertelt hoe angst ontstaat en geeft een duidelijke beschrijving van de verschillende angstproblemen, zoals scheidingsangst, faalangst, sociale angst, fobieën, piekeren, paniekaanvallen en angst als onderdeel van andere stoornissen zoals ADHD en autisme. Daarna wordt besproken wat deze problemen betekenen voor het kind of de jongere zelf, en voor zijn ouders en leerkrachten. Vervolgens wordt aandacht besteed aan de aanpak van overmatige angst en welke behandelingen er mogelijk zijn, ook wordt duidelijk gemaakt wat niet helpt en wat de beperkingen zijn van een bepaalde behandeling. Grip op je problemen Cognitieve training bij verslaving en angst Reinout Wiers Bert Bakker, 2013 ISBN 978 90 351 3691 5 Angsten, verslavingen en andere problemen worden gewoonlijk aangepakt met medicijnen en praatsessies. Toch blijven veel mensen machteloos in dergelijk probleemgedrag hangen. Een recent ontwikkelde methode om dit soort problemen concreet te verhelpen betreft gerichte mentale oefeningen. Met dergelijke ‘training’ kunnen de hersenprocessen die voor problemen zorgen direct worden beïnvloed. Zo kan via oefeningen de angst voor onbekende mensen beheersbaar worden. ‘Grip op je problemen’ is een vernieuwend boek over een nieuwe omgang met verslavingen, angsten en gerelateerde problemen. Zo krijgt de lezer naast de nieuwste psychologische en neurowetenschappelijke inzichten ook praktische tips om met alledaagse angsten, verleidingen en andere problemen om te gaan, of om jongeren hierin te begeleiden. What Every Therapist Needs to Know About Anxiety Disorders Key Concepts, Insights, and Interventions Martin Seif & Sally Winston Routledge, 2014 ISBN 978 04 158 2899 4 ‘What Every Therapist Needs to Know About Anxiety Disorders’ is an integrated and practical approach to treating anxiety disorders. This book focuses on changing a patient’s relationship to anxiety in order to enable enduring recovery, and offers key insights into ways to help patients suffering from phobias, panic attacks, unwanted intrusive thoughts, compulsions and worries. The authors present a rich array of therapist-patient vignettes, case examples, and metaphors that will complement the work of psychotherapists of every orientation. Readers will come away from the book with a new framework for understanding some of the most frustrating clinical challenges in anxiety disorders, including endless obsessional loops, and the paradoxical effects of effort. Het angstenboek Van A Tot Z Wolfgang Schmidbauer Thoth, 2008 ISBN 978 90 686 8472 8 De hedendaagse samenleving kent vele honderden fobieën. Hieronder bevinden zich algemeen bekende angsten als hoogtevrees of angst voor het donker, maar ook op het eerste gezicht bizar aandoende angsten als de angst voor planten of de angst om lucht in te slikken. De vooraanstaande psycholoog Wolfgang Schmidbauer neemt ons in ‘Het angstenboek’ mee op een even informatieve als onderhoudende lexicale zwerftocht door de wereld van de fobieën, van de A van Ablutofobie (angst om zich te wassen) tot de Z van Zeusofobie (angst voor God of goden). Met aanvullende literaire teksten van Elfriede Jelinek, Michel Houellebecq, Franz Kafka en vele anderen. Angst beheersen met aandacht Een praktische gids voor het beheersen van angst, fobieën en paniek met mindfulness Jeffrey Brantley Nieuwezijds, 2011 (2e dr.) ISBN 978 90 571 2259 0 Dit praktische en toegankelijke boek is bedoeld voor iedereen die minder te lijden wil hebben onder angst, stress, piekeren, fobieën of paniek. Het biedt een programma voor aandachttraining waarmee je je angst- en paniekgevoelens onder controle zult krijgen, rust en kalmte zult vinden, en bewust het hier en nu kunt beleven zonder direct te oordelen. De oefeningen in dit boek voor meditatie, acceptatie, stressvermindering en ontspanning, zijn gebaseerd op mindfulness. Het idee is dat je je angstgevoelens niet zozeer uitschakelt, maar ermee vertrouwd raakt door je ervan bewust te worden. De oefeningen zijn gemakkelijk te leren en kunnen onderdeel zijn van andere therapieën, zoals cognitieve gedragstherapie.
Gratis
lees meer

Trends & Ontwikkelingen thema 'Angst'

Sociale angst in de hersenen The isolated Amygdala: State and trait effects in social anxiety. Promotie Henk Cremers. Radboud Universiteit Nijmegen, 29 april 2013 Sociale angststoornis is de extreme angst voor de beoordeling door anderen. 5 tot 12% van de mensen heeft er last van. Henk Cremers deed onder meer onderzoek naar het spreken in het openbaar, een van de meest stressvolle situaties voor mensen met sociale angst. Hij observeerde hen eerst in ‘neutrale toestand’ in de fMRI, vertelde hen daarna dat zij na het onderzoekje even een korte presentatie moesten houden voor hem en zijn collega’s en bestudeerde vervolgens de hersenactiviteit nog eens. Dat leverde een duidelijk beeld op: de interactie tussen de emotieregulerende gebieden in de hersenen (verschillende gebieden in de prefrontale cortex) en de amygdala was een stuk minder dan daarvoor. Bij een controlegroep van proefpersonen zag Cremers juist een sterkere interactie tussen de emotieregulerende hersengebieden en amygdala na de instructie dat ze zo meteen even een presentatie moesten houden. “Zij hadden misschien ook wel een beetje last van plankenkoorts, maar hun hersenen gingen op scherp staan. De hersenen van de sociale angstpatiënten waren behoorlijk van slag. En dat correspondeerde ook sterk met hoe zij zichzelf voelden: hoe paniekeriger, des te minder was de regulerende interactie met de amygdala. Een bevinding in lijn met de verwachtingen, maar zo duidelijk en gekoppeld aan een directe, stressvolle situatie, is het nog niet eerder geobserveerd.” Onder wetenschappers is er discussie of sociale angststoornissen een kwestie zijn van verhoogde reactiviteit of van verminderde regulatie. “In ieder geval voor spreekangst laten deze resultaten zien dat dat een verminderde regulatie op de voorgrond staat”, meent Cremers. “Dat kan relevant worden voor de behandelaanpak. In plaats van te kiezen voor aandachtstraining, om de reactiviteit op negatieve gezichtsuitdrukkingen in het publiek te verminderen, zou het beter kunnen zijn om te werken aan het anders interpreteren van situaties: begrijpen dat ze wel spannend zijn, maar niet gevaarlijk. Dat speelt meer in op emotieregulatie.” (bron: Radboud Universiteit Nijmegen) Mate van stress en angst goede voorspeller latere angstproblemen Early Screening of an Anxiety –prone Temperament in Young Dutch Children with a Multi-ethnic Background. Promotie Leonie Vreeke. Erasmus Universiteit Rotterdam, 11 oktober 2013 Angstproblemen behoren tot de meest voorkomende psychische stoornissen bij kinderen. Een van die signalen is een patroon van gedragingen waarbij een kind in onbekende en uitdagende situaties duidelijke symptomen van angst en stress laat zien (gedragsinhibitie). Leonie Vreeke onderzocht de kwaliteit en praktische bruikbaarheid van de ‘BIQ-SF’, een screeningsinstrument om gedragsinhibitie te meten. Sensitieve screeningsinstrumenten die kwetsbare jonge kinderen kunnen signaleren zijn erg belangrijk, aangezien er dan preventieve interventie plaats kan vinden. Resultaten wezen uit dat, zowel bij allochtone als autochtone kinderen, de BIQ-SF gezien kan worden als een goed bruikbare methode om gedragsinhibitie te beoordelen bij jonge kinderen. Ook bleek dat kinderen die stabiel hoog op gedragsinhibitie scoorden, zoals gemeten op de BIQ-SF, meer kans hadden op het ontwikkelen van angstproblemen. Daarnaast bleek duidelijk dat (stabiele) gedragsinhibitie de beste voorspeller is van latere angstproblemen en dat de invloed van dit temperamentkenmerk beduidend groter is dan die van de contextuele variabele overbeschermende opvoeding. (bron: Erasmus Universiteit Rotterdam) Waarschuwingen ouders maken kinderen angstiger The Development of Anxiety and Anxiety-Related Cognitive Biases in Children. Promotie Danielle Remmersdaal. Erasmus Universiteit Rotterdam, 13 september 2013 Angststoornissen komen veel voor bij jongeren en kunnen zowel op de korte als lange termijn negatieve gevolgen op het leven van het kind hebben. Een beter inzicht in de mechanismen van angst bij kinderen kan een belangrijke bijdrage leveren aan de preventie en behandeling van angststoornissen in de kindertijd. Gedacht wordt dat familie-invloeden van groot belang zijn bij de ontwikkeling van abnormale angst bij kinderen. In een aantal studies werd onder ecologisch valide omstandigheden aangetoond dat verbale informatie een rol speelt bij de overdracht van angst van de ouder op het kind. Meer specifiek werd gevonden dat angstige ouders negatieve informatie doorgeven aan hun kinderen in het geval van een potentieel dreigende situatie en dat negatieve verbale informatie afkomstig van de ouder invloed heeft op angstniveau en angstig gedrag bij het kind. Cognitieve theorieën stellen dat angstige personen vooral op dreigende informatie letten en alledaagse situaties als meer bedreigend interpreteren. Deze verstoorde informatieverwerking zou er vervolgens voor zorgen dat de angst toeneemt. De resultaten van het onderzoek naar de exacte relatie tussen angst en cognitieve biases lieten zien dat er een natuurlijk proces is waarbij cognitieve biases en angst met elkaar interacteren. Dit suggereert dat angstige kinderen in een zichzelf versterkende negatieve spiraal van cognitie en angst terecht kunnen komen. (bron: Erasmus Universiteit Rotterdam) Hoe groter de aandachtseis hoe groter de negatieve effecten van angst Effects of Anxiety and Exercise-induced Fatigue on Operational Performance. Promotie Nicky Nibbeling. Vrije Universiteit Amsterdam, 1 april 2014 De negatieve effecten van angst op prestatie worden groter naarmate de aandachtseis die de taak stelt, toeneemt. Nicky Nibbeling onderzocht de effecten van angst en fysieke inspanning op drie typen taken die belangrijk zijn in het operationele domein: cognitieve taken, perceptueel-motorische taken en taken waarin het uithoudingsvermogen centraal staat. Alle drie de typen taken blijken vatbaar te zijn voor (de effecten van) angst. Zo vond Nibbeling grotere negatieve effecten van angst wanneer er meerdere taken tegelijk werden uitgevoerd en ook waren de effecten groter voor leken dan voor experts (leken worden verondersteld meer aandacht te besteden aan een taak dan experts). Wat betreft fysieke inspanning laat Nibbeling zien dat de mate waarin de prestatie op een taak wordt beïnvloed door fysieke inspanning afhangt van de aandachtseisen van de taak. Cognitieve taken vereisen veel aandacht en zijn vatbaarder voor de negatieve effecten van fysieke inspanning dan bijvoorbeeld miktaken. Fysieke inspanning weerhoudt de schietnauwkeurigheid er zelfs van achteruit te gaan onder angst. De effecten van fysieke inspanning op prestatie zijn daarmee niet zo onomwonden als de effecten van angst en vervolgonderzoek is dus nodig. Tot slot laat Nibbeling zien dat simulatiemodellen een waardevol hulpmiddel kunnen zijn voor het simuleren (en voorspellen) van soldaatgedrag onder omstandigheden die moeilijk, of zelfs onmogelijk, in een experimentele setting na te bootsen zijn. (bron: Vrije Universiteit Amsterdam) Angststoornissen in cijfers In 2011 werd op basis van bevolkingsonderzoeken het aantal personen met een angststoornis van 18 tot 65 jaar geschat op 1.061.200 (410.600 mannen en 650.600 vrouwen). Met name fobieën (angst voor een specifiek voorwerp of een specifieke situatie met vermijdingsgedrag) komen vaak voor. Vrijwel alle angststoornissen komen meer voor onder vrouwen dan onder mannen. Angststoornissen komen voor onder zowel jeugdigen, volwassenen als ouderen. In alle leeftijdsgroepen is vooral het aantal personen met fobieën erg hoog. Het percentage mensen van 18 tot 65 jaar met angststoornissen in Nederland is vergelijkbaar met dat in andere Europese landen. Resultaten uit herhaald bevolkingsonderzoek laten zien dat het niet aannemelijk is dat er in Nederland sprake is van een toeof afname van angststoornissen. Op basis van alleen demografische ontwikkelingen is de verwachting dat het absoluut aantal personen met angststoornissen in Nederland tussen 2011 en 2030 met 5% zal stijgen. (bron: Nationaal Kompas Volksgezondheid) De ADF stichting De ADF stichting is een landelijke patiëntenvereniging die zich inzet voor mensen met angst- en dwangklachten. Deze stichting zet zich in om goede behandelingsmogelijkheden voor iedereen toegankelijk en inzichtelijk te maken. De site van de stichting bevat veel informatie over verschillende angststoornissen, de symptomen en behandelingsmogelijkheden. In lotgenotengroepen en op het forum ondersteunen deelnemers elkaar en wordt onderling veel informatie en ervaring uitgewisseld. www.adfstichting.nl Voor jongeren tussen de 16-30 jaar heeft de stichting de website www.stopjeangst.nl opgezet en voor kinderen www.bibbers.nl NESDA De Nederlandse Studie naar Depressie en Angst (NESDA) is een wetenschappelijke studie naar het ontstaan van angst en depressie en het verloop van deze klachten. NESDA is in augustus 2004 van start gegaan met de werving van bijna 3000 deelnemers met en zonder klachten. De deelnemers worden langdurig gevolgd. Naast het inventariseren van de depressie- en angstklachten door middel van vragenlijsten, worden ook biologische en genetische factoren onderzocht. Het belangrijkste doel van NESDA is om de factoren in kaart te brengen die van invloed zijn op het ontstaan en het beloop van angst en depressie. De verwachting is dat de resultaten van het onderzoek zullen leiden tot een betere behandeling van mensen met klachten op het gebied van angst en depressie. www.nesda.nl NedKAD Het Nederlands Kenniscentrum Angst en Depressie richt zich op patiënten/cliënten, hun naasten en behandelaars met als doel de kwaliteit van de hulpverlening aan mensen met angst- en stemmingsstoornis- sen te verbeteren. Dat gebeurt door kennis over te dragen, expertise op het gebied van diagnostiek, behandeling en preventie te ontwikkelen en wetenschappelijk onderzoek te stimuleren. www.nedkad.nl NODEA Interessante samenvattingen van het laatste wetenschappelijke nieuws over angst- en stemmingsstoornissen zijn te vinden op de site ‘Nieuws Over Depressie En Angst’. www.nodea.nl
Gratis
lees meer

Schrijf je in voor de nieuwsbrief en blijf op de hoogte!

Op weg naar ruimte en vrijheid

Crisis als aanleiding om inzicht te vergroten in (je) identiteitswerk

Datum:
Locatie:

Download gratis deze white paper