INHOUD "Autonomie en sturing over de grenzen"
- Over het ontwikkelen van burgerschap in het onderwijs, Bram Eidhof
- Leesbevordering in het mbo, Kees Broekhof en Tessa van Velzen
- Geluk is niet maakbaar, maar je kan er wel wat aan doen, Wim Oolbekkink en Chris de Bruin
- De leraar en zijn beroep, Gerritjan van Luin en Pieter Leenheer
- Hoe Het Alternatief het speelveld veranderde, René Kneyber en Jan van de Ven
- Bestuur Beleid Beschouwing
- Hoe zit het met uw...
- Boeken
Focus op...
- Introductie - Zoeken naar evenwicht tussen controle en autonomie, Pieter leenheer
- Autonomie van scholen in Nederland, Roger Standaert
- Wat kunnen we van Zweden leren? Anneke Westerhuis
- Geprangd tussen privatisering en centralisering, Rudi Schollaert
- De illusie van accountability, Roger Standaert
- Minder staat en meer autonomie, Marei John-Ohnesorg en Nicole Castillo
Redactioneel
In het focusdeel van DNM 4.2 bekeken we specifieke aspecten van het Nederlandse onderwijsstelsel vanuit een internationaal perspectief. Het focusdeel van de voorliggende DNM heeft een nog nadrukkelijker internationaal perspectief: we kijken hoe in een aantal buitenlandse onderwijsstelsels de balans tussen sturing en autonomie eruitziet. De verhalen uit Zweden, Engeland en de Verenigde Staten zijn zonder meer
indrukwekkend: ze laten zien hoe fundamentele ingrepen in de besturing van het onderwijs niet de beoogde effecten sorteren, eerder de tegenovergestelde.
Een verblijf buiten de landsgrenzen kan ertoe leiden dat je beter zicht krijgt op de eigenaardigheden van je vaderland en, sterker nog, dat je die eigenaardigheden bij nader inzien eigenlijk wel waardeert. Dat kan ook het effect zijn van de uitstapjes naar het buitenland in het focusdeel: als je ze leest, ben je in eerste instantie blij dat al te rigoureuze ingrepen van de overheid in het onderwijsstelsel ons doorgaans bespaard blijven. We klagen wel over het nationale onderwijsbeleid, maar dan vooral over het ad hoc karakter ervan, de korte tijdshorizon, het hoge politiekewaan- van-de-daggehalte. Lees in dit verband in het magazinedeel het artikel Het Wilhelmus voorbij van Bram Eidhof.
In tweede instantie rijst wel de vraag hoe het komt dat rigoureuze ingrepen die de balans volledig zouden verstoren, ons bespaard blijven. De oorzaak daarvan moet waarschijnlijk worden gezocht in de Nederlandse polder: meer of minder doldrieste ideeën en initiatieven lopen vast in de klei van het overbezette maatschappelijke middenveld. Dat inzicht dempt de oorspronkelijke blijheid: het beweegt weliswaar in ieder geval niet helemaal de verkeerde kant op, maar ook niet de goede. Eigenlijk beweegt het helemaal niet en blijven netelige kwesties – toenemende kansenongelijkheid; uitblijvende modernisering van het curriculum, om er maar twee te noemen – ons achtervolgen.
Om de impasse(s) te doorbreken, zou het zeker helpen als leraren een sterke beroepsgroep vormen, wat nu echter niet het geval is. In de vorige DNM stonden we uitgebreid stil bij dit thema, en in het magazinedeel komen DNM-redacteuren Gerritjan van Luin en Pieter Leenheer er naar aanleiding van een aantal recente publicaties op terug. Het aansluitende artikel van René Kneyber en Jan van de Ven laat zien dat er in de afgelopen jaren wel iets van een beweging richting een sterkere beroepsgroep is ingezet.
Bij gebrek aan “grootschalig” overheidsbeleid moet vernieuwing en verbetering van het onderwijs vooral op schoolniveau plaatsvinden. Ter inspiratie in het magazinedeel twee onderwijsinhoudelijke artikelen: over leesbevordering en over geluk in leren en werken.