In het algemeen is sporten en bewegen gezond. Topsport echter is een wereld apart, een wereld met enorme aantrekkingskracht, maar soms ook met een zeer ongezonde keerzijde. Het vergt het uiterste op fysiek, emotioneel en psychosociaal niveau. Een gedreven, geïsoleerd en gefocust bestaan met keiharde onderlinge concurrentie binnen en buiten de club. Druk op en vanuit het team, de stad, de fans, de media en familie. Het toppunt van dualisme tussen coöperatie en competitie, verering en verguizing. In gesprek met Henrich Leenders, psychosociaal therapeut ‘Jeugd in opleiding en ouders’ bij FC Utrecht, en Paul van Zwam, sportpsycholoog onder meer werkzaam bij de KNVB, onderzoekt de TvC-redactie