HRM
HRM: een brede kennismaking.
Rob Moorer. STILI NOVI, 2011. ISBN 978 90 780 9427 2
De auteur profileert het boek als een Kennisboek. Daarmee is de inhoud in één woord gevat. De informatie is zo opgebouwd dat het boek kan dienen als lesmateriaal, als naslagwerk voor de startende of meer ervaren HRM-professional, als naslagwerk voor een leidinggevende en zeker op onderwerpen ook voor een directie of managementteam van een kleinere organisatie. De auteur tracht zo compleet mogelijk te zijn en is daar in geslaagd. De onderwerpen zijn onderverdeeld in zeven hoofdstukken. Het eerste hoofdstuk is theoretisch van aard, de overige hoofdstukken zijn meer pragmatisch opgesteld. In de kantlijn treft men verwijzingen naar de kern van de materie. Het taalgebruik in het boek is helder. Hoofdstuk 3, ‘Organisatieontwikkeling’, geeft inzicht in hoe het denken over organiseren zich heeft ontwikkeld. Beschreven visies en invalshoeken zijn planned change, de inzichten van Lievegoed (3 ontwikkelingsfasen), Peter Senge (de lerende organisatie), het model van business process reengineering (de bijl aan de wortel) en de visie van Van Dinten als recente visie. Ook organisatiecultuur, veranderingsmanagement en leiderschapsontwikkeling komen uitgebreid aan de orde, waarbij in het onderdeel veranderingsmanagement de rol van HRM bij veranderingsprocessen wordt beschreven. Bij Leiderschapsontwikkeling wordt onder meer aandacht besteed aan de paradoxen waarmee men op het werk in aanraking komt. Hoofdstuk 5 geeft een beeld over de arbeidsvoorwaarden, van primaire beloning naar prestatiegebonden beloning en motivatietheorieën. Ook overige arbeidsvoorwaarden komen aan bod en er is aandacht voor het thema dat arbeidsvoorwaarden ter discussie worden gesteld, zoals de ontwikkelingen op het gebied van pensioen en van de individualisering van de werktijden. Andere onderwerpen die in de overige hoofdstukken aan bod komen zijn: historie en strategisch HRM, personeelsontwikkeling, Arbo en gezondheid, werknemersparticipatie en arbeidsrecht. Hoofdstuk 7 sluit met ‘ Planning & Control’ het complete werk af. Personeelsplanning, HRMcontrolling en e-HRM zijn hier de onderwerpen. Elk hoofdstuk wordt telkens met een samenvatting, vragen en een opdracht afgerond. Als bijlagen zijn onder meer opgenomen een functiebeschrijving van een manager HR, een evaluatieformulier van een productietechnicus, een format voor een functioneringsgesprek, een schematisch overzicht van belangen van mensen en organisatie onder vier oriëntaties en een bijlage om na uitwerking inzicht te krijgen op welke wijze cultuur wordt gemeten (Cameron & Quinn, 2003). Tabellen en figuren ondersteunen de tekst. Door heldere bronvermelding en verwijzing naar reeds gepubliceerde literatuur is het eenvoudig verdere studie naar wens te vervolgen. De uitvoering is een hardcover met leeslint. Dit boek is zeer compleet, een aanrader als studiemateriaal of naslagwerk.
Sylvia McEwen − coach en HR-adviseur
In goed gezelschap
In goed gezelschap: de sleutel tot succesvolle meester-gezelrelaties.
Anke Brockmöller, Geert Sanders & Mathieu Weggeman. Van Gorcum, 2011. ISBN 978 90 232 4903 0
In dit boek wordt de meester-gezelrelatie en het belang ervan door de eeuwen heen beschreven. Ook de veranderingen in de noodzaak van meester-gezelrelatie worden aangekaart. Er zijn diverse invalshoeken van waaruit we het nut en de noodzaak van een meester-gezelrelatie kunnen beoordelen. Belangrijke aspecten vandaag de dag zijn bijvoorbeeld:
- de basis van de kenniseconomie
- de vergrijzing van de beroepsbevolking
- de waarde van impliciete kennis
Meester-gezelrelaties zijn gericht op kennisbehoud, kennisverspreiding, ontwikkeling van de gezel en het overdragen van een vak. Het is een samenwerking tussen twee personen, die is in te delen in vier fases: de 4 C’s. Dat zijn:
- Fase 1 – Compositie, de koppeling van de meester en de gezel, het tot elkaar komen
- Fase 2 – Connectie, erkenning van elkaars kennis en het belang daarvan
- Fase 3 – Culminatie, kennisdeling
- Fase 4 – Completeren, afronding van de relatie als de kennisoverdracht compleet is.
Dit is onder andere gebaseerd op de kennisdefinitie kennis = I x EVA Waarbij I staat voor Informatie (expliciete kennis) en EVA (Ervaring, Vaardigheden en Attitude) voor impliciete kennis. Elk onderdeel heeft eigen eigenschappen en voorwaarden. Dat is van belang voor kennis en kennisontwikkeling. Probeer eens de kennis van een expert te rangschikken over deze vier onderdelen en ga dan voor jezelf na met welk onderdeel je moeite hebt en welk onderdeel je gemakkelijk af gaat. Aan het kennisdelen zijn voorwaarden verbonden. Bijvoorbeeld: er dient interactie mogelijk te zijn, deelnemers spreken dezelfde taal en men is bereid om kennis te delen. Daarnaast zijn er diverse leerstijlen. De persoonlijke leerstijl kan worden meegenomen in de meester-gezelrelatie. Ongeacht de leerstijl moeten we rekening houden met uren van training en oefenen als we ergens expert in willen worden. Binnen de 4C-meester-gezelrelaties zijn drie typen relaties te onderscheiden:
- Confucius: de beschikbare informatie van de meester staat centraal
- Cruijff: vaardigheden van de meester staan centraal
- Churchill: vaardigheden van de meester met betrekking tot reflectie, intuïtie en creativiteit staan centraal.
Per situatie dient bekeken te worden of een meester-gezelrelatie de juiste oplossing is. Het boek wordt afgesloten met een essay over meester-gezelrelaties eerder en elders. ‘In goed gezelschap’ is een vlot leesbaar boek. De gepresenteerde informatie is duidelijk en neem je makkelijk in je op. Dit boek laat inzien dat als meester en gezel investeren in elkaar er positieve resultaten mogelijk zijn.
Gerry van Tol − coach/trainer
Ondertussen in de organisatie
Ondertussen in de organisatie.
Leike van Oss & Jaap van ’t Hek. Mediawerf, 2012. ISBN 978 94 904 6312 0
In deze tijd van de global village worden we continu uitgedaagd om te gaan met het fenomeen ‘Ondertussen’. We zijn op de hoogte van steeds meer parallelle processen, in Griekenland, Den Haag, Brussel en in de ruimte. Ondertussen leiden we ons leven en doen we ons werk en huishouden. Leike van Oss en Jaap van ’t Hek beschrijven in de opvolger van ‘De onveranderbare organisatie’ hoe het Ondertussen aandacht verdient van managers en adviseurs. ‘Ondertussen in de organisatie’ gaat over de onvoorspelbare ruimte in organisaties. Het is de wereld die doorgaat, terwijl jij stilstaat bij de plannen die je maakt en de dingen die je doet. Het boek verdient aandacht omdat het een origineel en sprankelend boek is: vernieuwend, met creatieve vormen ondersteund als een magazine zoals beelden, anekdotes, verhalen en analyses. “Life is what happens to you while you’re busy making other plans”, zong John Lennon. Dit is de start van het boek. Het beschrijft hoe dit verschijnsel mensen in organisaties overkomt. Dit boek neemt je mee op verkenning naar het Ondertussen in het leven van mensen in organisaties. Het verkent het gebied waarvan iedereen weet dat het er is, maar dat nooit echt goed zichtbaar wordt. Het geeft inzicht in het ontstaan en het in stand blijven ervan en doet suggesties voor een betere verstandhouding met het Ondertussen. De auteurs bewijzen zich als bekwame sociaal constructivisten anno 2012, die slagen in het bieden van Werkende Taal. Taal die in zichzelf iets in beweging zet. En dat is gelukt. Zodra het woord Ondertussen uw bewustzijn betreedt als iets wat ‘iets is’, krijgt het een nieuwe betekenis. Het is een bijwoord, vaak onbewust uitgesproken of geschreven. Het is nu de hoofdpersoon van een boek en zelfs een symposium. Daarmee is de werking van het boek in een notendop beschreven. Een boek waarvan de titel gelijk effect heeft. Het tot je nemen van het woord Ondertussen doet zijn werk en biedt daarin de werkende taal die het boek verder bestrijkt. De beschrijvingen van veel intelligente en ervaren adviseurs die volgen zijn leuk, verfrissend en hier en daar zeker ook diepgaand en leerzaam. Zo ongrijpbaar als het fenomeen Ondertussen is, zo ongrijpbaar is ook het boek. Het fenomeen doet zijn werk. Het boek roept een gekke wrevel op, die ontstaat als je mysterieuze verschijnselen als verliefdheid, humor of zoals hier het Ondertussen toch tracht te ordenen en benoemen. Het is een oefening geweest van het beschrijven en illustreren van iets, dat zich niet laat pakken. En ook daar reflecteren de auteurs geslaagd op. Een frustrerend boek voor diegenen die zoeken naar houvast en praktische tips. Een interessant werk voor wie graag filosofeert over het leven en in het bijzonder het werkzame leven.
Barbara van der Steen – adviseur
Zombie business
Zombie business: reken af met de levende doden in je organisatie.
Guido Thys. Haysteck, 2011. ISBN 978 94 612 6019 2
Op luchtige wijze beschrijft Thys de levende doden in organisaties: alle processen, procedures, protocollen, structuren en nog veel meer zaken die er eigenlijk al lang niet meer mogen zijn, maar die nog wel steeds dat waar het om zou moeten gaan, onmogelijk maken. Zombies zorgen dat iedereen druk is met vergaderen, administratie en een interne focus. Als managers er iets aan doen, bestrijden ze vaak de symptomen, zogenaamde workarounds, in plaats van het onderliggende probleem. Gevolg: niet optimaal functioneren, matige resultaten en afnemende motivatie. Thys pleit voor een radicale schoonmaak om zombies met hun diepe wortels uit de organisatie te bannen en de eigen ankerpunten weer in ere te herstellen. Met herkenbare recente voorbeelden geeft dit boek een nuchtere analyse van wat zich in organisaties voordoet, het legt de vinger op de zere plek en doet simpele, zeer effectieve voorstellen om de zombies uit de wereld te helpen (zombie killers) door terug te gaan naar de basis en vandaar uit verder te werken en te focussen op duurzaam en efficiënt waarde toevoegen. De eerste hoofdstukken zou je moeite kunnen krijgen met de luchtige schrijfstijl waarmee alle ellende in organisaties de revue passeert. Maar juist de beschrijving op een hoger niveau maakt de ernst van de zaak goed zichtbaar; alleen daar vind je oplossingsrichtingen. Thys biedt een nieuw perspectief, stelt fundamentele, prikkelende vragen en geeft je frisse, praktische handreikingen om een organisatie weer nieuw leven in te blazen. Handig in het boek zijn de soepele schrijfstijl, de samenvatting van twee en een half kantje en de voorgestelde zombie killers aan het eind van elk hoofdstuk. De simpele illustraties en de citaten van beroemde mannen prikkelen om verder te lezen. De bijlage bevat een verdrietig stemmende, maar zeer bruikbare inventarisatie van ruim tweehonderd hobbelzombies, dwaalzombies, vaagzombies en meer met hun workarounds. Stuk voor stuk herkenbaar. Na het lezen van dit boek zul je veel van de tijdrovende problemen waar organisaties mee te maken hebben gaan (h)erkennen als overbodig. Je hebt bovendien zicht op mogelijke oplossingsrichtingen. Daarnaast krijg je handvatten om in coachtrajecten te focussen op duurzaam en efficiënt waarde toevoegen. Zij die daarmee verschil willen maken raad ik van harte aan tenminste kennis te nemen van dit levenswerk van Guido Thys.
Corry Wille – coach, trainer en adviseur