Verbindt een sleutelbos?
Als trainer, coach of opleider grijp je soms naar alle middelen die je tot je beschikking hebt om contact in goede banen te leiden. Ook in je privéleven. Dus toen er tijdens het verjaardagsetentje van een bevriende trainer een ongemakkelijke stilte viel, stond ze op en zei: “Het lijkt me leuk als jullie allemaal eens je sleutelbos pakken en vertellen waar de sleutels voor zijn.” Ze kuchte.
Even was ik bang dat ze ook nog zou voorstellen om elkaar vervolgens een compliment te geven. Maar zover kwam het niet omdat iemand, laat ik hem Mister M. noemen, rinkelend een enorme bos sleutels naast zijn bestek gooide. Vijftien sleutelbossen en nog meer glazen drank later fietste ik naar huis. Had deze oefening ons verbonden, vroeg ik me vertwijfeld af. Ik ben er geen voorstander van om dingen die je op groepen deelnemers uitprobeert in te zetten voor privédoeleinden. Toch heb ik het zelf ook overwogen toen ik veertig werd. Ik zou mijn genodigden vragen zich voor te stellen dat mijn huiskamer de landkaart van Nederland besloeg en ze laten staan op de plek waar ze geboren waren. Het probleem was alleen, dat met de afmetingen van mijn huiskamer, de Waddeneilanden bovenop Limburg lagen en Amsterdam direct in Enschede overliep. Toen dacht ik erover om bij binnenkomst iedereen een sticker te geven met een viltstift. Dan konden ze hun naam erop schrijven met een bijvoeglijk naamwoord ervoor, dat begon met dezelfde letter als hun voornaam. Maar dan waren er altijd mensen die niet wisten wat een bijvoeglijk naamwoord was. Of die niks wisten te bedenken dat iets over henzelf zei. Dan bestond het risico dat anderen dat voor ze gingen doen en mijn zus bijvoorbeeld tegen mijn vader zou zeggen: “Ik vind jou nogal dominant dus jij bent Dominante Dirk!”
Pogingen tot verbinden leiden vooral tot polariseren. Dat heb ik vaak meegemaakt bij inspanningen om verschillende culturen met elkaar te integreren, bij het samenvoegen van twee bedrijven of als mensen beter moeten samenwerken. Al is polariseren natuurlijk ook een vorm van verbinden. Tegenstellingen bestaan nu eenmaal alleen bij gratie van elkaar. Het beste advies kreeg ik ooit van een stiefvader. Hij was ermee gestopt te proberen de liefde van zijn stiefkinderen te winnen. “Je moet toestaan dat mensen zich niet verbinden”, zei hij. “Niet met elkaar, met hun doel, niet met jou.” Sindsdien zijn mijn teaminterventies heel succesvol.
Tegenwoordig nodig ik mensen uit om gezellig te polariseren. Eerst reageren ze dan verschrikt. “Oh,” zeggen ze, “ik dacht dat je kwam omdat we ons met elkaar moesten verbinden.” “Willen jullie dat?” vraag ik dan. “Beslist niet!” Daar zijn ze het dan allemaal over eens. Hun eerste gezamenlijke besluit. Laatst in de stad stak er iemand zijn hand naar me op. Eerst wist ik niet wie het was. Toen rinkelde hij even met zijn sleutelbos. Ik grijnsde naar hem: Mister M. Misschien was er toch iets gegroeid in de tussentijd.
Karin Brugman is trainer, coach en mede-auteur van het boek over voice dialogue: Ik (k)en mijn ikken. www.de-onderstroom.nl