Als een training lekker loopt, geven de deelnemers zich aan je over. Ze vertrouwen dat je het goede doet: dat je een inhoud kiest die deugt, werkvormen die kloppen, het proces veilig maakt. Wanneer het iets minder gaat, trekken ze dus niet meteen aan de bel, maar wachten ze af: jíj bent de vakman/vrouw, jíj lost dit vast op! En daar kan het misgaan: als je te laat ingrijpt, krijg je opeens kritiek uit de groep of onvoldoendes bij de evaluatie. Om ongelukken te voorkomen, is het slim om af en toe te controleren of alles nog goed gaat. Dat kan met de vier niveaus van communicatie. Die bieden houvast voor een analyse: waar zit een storing en hoe kan ik die oplossen?