Een man zag eens twee samoerai met elkaar in strijd. De ene samoerai versloeg de andere met opvallende souplesse. De man vroeg hem hoe hij zich zo goed staande hield in dat gevecht. “Welk gevecht?” vroeg de samoerai. “Het gevecht dat je zojuist hebt gewonnen!” zei de man enigszins verward. “Dat was geen gevecht. Dat was een dans”, reageerde de samoerai. “In een gevecht zijn er twee: jij tegen de ander. Als je danst, verlies je jezelf in de dans. Dan is er niemand. Alleen de dans.” “Toch zag het er voor mij uit als een gevecht”, zei de man geërgerd. “Ja”, antwoordde de samoerai, “net zoals jij nu met mij in gevecht bent en ik dat ervaar als een dans.”