Volgens Postma is het ‘reptielenbrein’ nog steeds het centrum dat ons biologisch stuurt. Ook managers, CEO’s en alle anderen op de werkvloer. Dit standpunt legt hij uit in zijn boek Het Breinboek voor managers. In essentie komt het erop neer dat gezien de werking van het brein, je als manager het gedrag van je werknemers goed moet bestuderen, zodat je iedereen op de juiste plek krijgt en houdt. Dat doe je door de patronen van ieders oude neurale systemen te leren herkennen, daarmee rekening te houden en erop te sturen. Veranderen kun je ze toch niet. De basis van ons gedrag vanuit dat oudste stukje hersenen blijft nog steeds: seks, geld en macht, maar aangezien we na de oerknal ook een cortex en een limbisch system hebben ontwikkeld, zijn er variaties op de oerinstincten te bedenken. Geen coaching op gedrag, talent of loopbaanontwikkeling, maar simpelweg de werking van het brein van je medewerkers analyseren en daarmee anticiperen op hun gedrag om het gewenste effect te krijgen.