Het meten=weten-adagium is dominant geworden in de verantwoording van ons handelen. Zo ook in het (hoger) onderwijs. Mede onder invloed van de politiek-economische behoefte aan kwantificering van prestaties lijken toetsing en onderwijs zich te hebben ontwikkeld tot eigenstandige entiteiten. Die dichotome verhouding kan beperkend zijn voor de ontplooiing van de intrinsieke ontwikkelingsbehoefte van studenten in hun opleiding tot effectieve professionals. Oordeelvorming door communicatief handelen zou veel meer als geïntegreerd aspect kunnen worden gezien van het leerproces zelf. Dat is motiverend voor studenten, effectiever in hun vorming als professional en uiteindelijk niet minder efficiënt.