Kennisinfrastructuur is een mooi woord. Het heeft de connotatie dat de zaken goed geregeld zijn, dat er sprake is van samenhang, van samenwerking. En daar heeft de publieke sector wel behoefte aan na de tachtiger en negentiger jaren van de vorige eeuw waarin de nadruk meer op marktwerking en concurrentie was komen te liggen. Intussen hebben we immers geleerd dat de markt bepaald niet alle problemen oplost. Want, om bij het onderwijs te blijven, vrijwel alles wat met het primaire proces te maken heeft, is geen dienst in de gebruikelijke zin: de evidence die onderzoekers of adviseurs aanleveren, bestaat op zijn best uit half-producten, waarvan de bruikbaarheid nog maar blijken moet in de dagelijkse klassepraktijk.