Auteur: Gerritjan van Luin, Hartger Wassink en Arie Olthof
Het zijn interessante tijden voor het onderwijs. Nu is het daar nooit echt stil, maar waar veranderingen tot enkele jaren geleden vooral van bovenaf op de scholen werden losgelaten, gaat de aandacht de laatste tijd vooral uit naar initiatieven die geïnitieerd worden binnen de scholen zelf en vanuit leraarscollectieven. Zo pleitte eind augustus Leraar2032 - een groep van twintig docenten uit het primair en voortgezet onderwijs en het middelbaar beroeps onderwijs - voor de komst van een nationale lerarenraad, waarin docenten samen bepalen wat kinderen op school moeten leren; presenteerden Jelmer Evers en René Kneyber internationaal met Flipping the System hun Engelstalige opvolger van Het Alternatief (‘Gaat het onderwijs de heilloze, doodlopende weg van het afrekenen verder volgen of kiest het voor een alternatief?’); kon via www.onzenieuweschool.nl op maar liefst 124 plannen voor nieuwe Amsterdamse scholen worden gestemd; trekt stichting NIVOZ volle zalen met bijeenkomsten voor leraren en schoolleiders die inspiratie en onderbouwing zoeken voor eigen vernieuwingsinitiatieven; is onlangs De Nieuwe School van start gegaan, een opleiding voor leraren die het onderwijs van binnenuit willen veranderen door te onderzoeken. Zo maar een aantal voorbeelden, maar er zijn er veel meer te noemen. De tijd lijkt rijp: de ergernis over de nadruk die er in het onderwijs(beleid) gelegd wordt op opbrengsten, cijfers, ranglijsten en wat dies meer zij, is groot en wordt binnen het onderwijs breed gedragen. Maar wat ook opvalt, is dat niet kritiek of cynisme de boventoon voert. Integendeel, er is veel enthousiasme en positivisme in de initiatieven te vinden. ‘Het is een feest om te laten zien dat er heel veel kan in het onderwijs als je de verantwoordelijkheid neemt en de samenwerking zoekt’, zo propageert Leraren met Lef haar augustusbijeenkomst op De Parade in Amsterdam.
Dat goed onderwijs meer is dan alleen meetbare opbrengsten, daar zijn al die initiatiefnemers het wel over eens; maar het is nog niet zo gemakkelijk om te verwoorden wat dat ‘meer’ dan inhoudt, om woorden te vinden om dat andere onderwijsverhaal te vertellen. En dat is waar Gert Biesta verschijnt. Deze Nederlands-Britse onderwijspedagoog draagt al een aantal jaren met een aanzienlijke reeks boeken en artikelen bij aan de discussie over wat goed onderwijs is, maar in 2014 ontstond er beweging rond zijn werk. In de loop van dat jaar gonsde het op verschillende plekken in onderwijskundig Nederland dat er een boek was verschenen dat precies de vinger op de zere onderwijsplek legde en waarin de kracht van het onderwijs als een niet-stuurbaar proces werd benadrukt. Dat boek was Biesta’s The beautiful risk of education. Dat het geen gemakkelijk boek is en dat in het Engels is geschreven, waren blijkbaar geen belemmeringen voor veel lezers: Biesta’s naam ging rond.
In februari dit jaar werd Het prachtige risico van onderwijs, de Nederlandse vertaling van The beautiful risk of education gepresenteerd bij NIVOZ in Driebergen; de zaal zat bomvol. En dat gold ook voor de grote zaal van De Balie in Amsterdam waar Biesta in april een lezing hield in het kader van de reeks ‘Mijn idee van onderwijs’. Klaarblijkelijk verwoordt Biesta iets dat aansluit bij wat op dit moment leeft onder een groeiende groep onderwijsmensen. Maar wat is het dan wat Biesta zegt over - goed - onderwijs? En waarom spreekt dat anno 2015 zoveel mensen aan? Deze vragen vormden voor de redactie van De Nieuwe Meso de aanleiding om in deze Focus de schijnwerper op het werk van Gert Biesta te richten. Voor de lezer die nog niet vertrouwd is met Biesta’s werk biedt de verzameling artikelen een introductie; voor hen die er al wel kennis mee hebben gemaakt biedt deze Focus hopelijk verdieping.
Opbouw
In het eerste deel, dat bestaat uit hoofdstuk 1 tot en met 5, maakt de lezer op verschillende manieren kennis met het gedachtengoed van Biesta en worden aanzetten gegeven voor een verklaring waarom dat wat Biesta over onderwijs en onderwijzen naar voren brengt, zo aanspreekt.
Onder de noemer ‘wereldgericht onderwijs’ biedt Gert Biesta in hoofdstuk 1 een samenvatting van zijn kernideeën. Daarna bespreekt Wouter Pols in hoofdstuk 2 Het prachtige risico van onderwijs. Emeritus-hoogleraar Dolf van den Berg plaatst in hoofdstuk 3 Biesta’s inzichten in onderwijspedagogische tradities. Ook vult hij het op sommige onderdelen aan om de toepasbaarheid van Biesta’s ideeën te vergroten, zodat het nog meer dan nu al het geval is, kan fungeren als baken voor mensen die zoeken naar en werken aan ‘ander onderwijs’. Hoe moeilijk is eigenlijk het werk van Biesta? Naar aanleiding van Hester IJsselings inleiding bij de boekpresentatie van Het prachtige risico van onderwijs leek het Hartger Wassink een goed idee om over die vraag nader met Hester nader van gedachten te wisselen. De e-mailwisseling die zo ontstond is - enigszins geredigeerd - opgenomen in hoofdstuk 4.
Pieter Leenheer sprak met Rik Seveke, onderwijsprogrammeur bij De Balie in Amsterdam over de ontwikkelingen in het onderwijs en de plaats van Biesta daarin. Een verslag van dat gesprek is opgenomen in hoofdstuk 5.
In het tweede deel, de hoofdstukken 6 tot en met 8, passen enkele auteurs aspecten van het werk van Biesta toe op specifieke onderwerpen. Zo verkent Carlos van Kan in hoofdstuk 6 de betekenis van de drie doeldomeinen die Biesta onderscheidt - kwalificatie, socialisatie en subjectivering - in het licht van de wettelijke opdracht voor het middelbaar beroepsonderwijs en de pedagogische waarden en idealen die mbo-docenten nastreven. Vervolgens laten Gerritjan van Luin en Hartger Wassink zich beiden inspireren door het onderscheid dat Biesta maakt tussen sterke en zwakke processen. Gerritjan van Luin onderzoekt in hoofdstuk 7 of er - in analogie met het prachtige risico van onderwijs - ook zoiets is als prachtig, risicovol schoolleiderschap. Hartger Wassink vertaalt in hoofdstuk 8 Biesta’s interpretatie van het gedachtengoed van de Franse filosoof Emmanuel Levinas naar de praktijk van schoolbestuurders. Hij houdt daarmee een pleidooi om ook besturen te zien als een zwak proces.
In het laatste deel komt een aantal schoolleiders aan het woord over de manier waarop het gedachtengoed van Biesta in hun schoolpraktijk betekenis krijgt (hoofdstuk 9).Een reflectie van Gert Biesta op alle hoofdstukken is te lezen op www.denieuwemeso.nl/nieuws/reflectie-gert-biesta.
Ten slotte
We hopen van harte dat ook deze Focus teweegbrengt wat Gert Biesta zo mooi omschrijft als ‘het geven van aanzetten om zelf te denken en zelf verantwoordelijkheid te nemen voor dat denken’. Onderwijs en het denken erover is te belangrijk om aan anderen over te laten, toch?
Download dit volledige themanummer hier (€ 5,95)!