Nieuwsgierigheid
Een bekwaam bestuurder, die met wisselend succesdiverse bestuursfuncties heeft bekleed, vraagt me om feedback. Ik zie dat ze onderwijskundig en bedrijfsmatig sterk is, scherp analyseert en strak stuurt, maar ik zie ook dat binnen haar organisatie de energie weglekt. Is dat de keerzijde van haar stijl, gebaseerd op weten en sturen? Ik mis nieuwsgierigheid naar de ander en naar wat anderen willen.
In nieuwe werksituaties zijn mensen vaak nieuwsgierig. Omdat ze graag snel willen weten hoe de hazen lopen, hebben ze een open blik en stellen ze geïnteresseerde vragen. Zittende collega’s vinden die nieuwsgierige houding prettig. Na verloop van tijd vermindert de nieuwsgierigheid, op termijn nagenoeg helemaal. Soms maakt het zelfs plaats voor de overtuiging dat het gedrag van collega’s voorspelbaar is. Raken we zo de kracht van de nieuwsgierigheid kwijt? Nieuwsgierigheid leidt tot onderzoekend gedrag en een kritische houding ten opzichte van beweringen als ‘mijn resultaten gaan omhoog als ik minder leerlingen in de klas heb’ of ‘als we hogere eisen stellen, blijven meer leerlingen zitten.’ Onderzoekend zijn betekent vragen blijven stellen tot alles duidelijk is.