Blunders zijn om over te lachen, of zouden dat moeten zijn. Mits psychisch goed verwerkt en niet al te gevolgrijk geven blunders je leuke verhalen bij de borrel. De spreker die in een volle zaal een deelnemer vraagt om op te staan zodat hij zichtbaar en hoorbaar is (de deelnemer roept: “Ik zit in een rolstoel”), de verkooptrainer die een deelnemer in een rollenspel aanspoort om meer te luisteren en niet de koop door te pushen, hij is immers geen Jehova’s getuige (deelnemer: “Ik ben wél Jehova’s getuige!”): het zijn achteraf bezien op zijn minst onderhoudende verhalen.