Op de kleuterschool maakte ik me al zorgen om mijn geliefde juffrouw Prak. Soms sprak ze namelijk de verwachting uit dat ze ergens een punthoofd van zou krijgen. Dan keek ik met gepaste zorg en nieuwsgierigheid naar juffrouw Prak of ik de vormverandering van haar hoofd ter plekke zou kunnen observeren. Mijn moeder vertelde omstreeks die periode zo nu en dan dat ze pijn in haar hart kreeg als ik ongehoorzaam was. Met dezelfde mengeling van ongerustheid en curiositeit vroeg ik haar dan of zij dat écht letterlijk zo voelde, of dat ze het in overdrachtelijke zin bedoelde. Helaas ontbrak het me destijds aan de capaciteit om voorgaande zin adequaat te formuleren, waardoor ik nooit een bevredigend antwoord heb gekregen. In ons dagelijks taalgebruik komt de link tussen onze lichamelijke gesteldheid en de psyche onmiskenbaar naar voren. We zetten kwaad bloed, hebben onze buik vol van iets. We zeggen dat we ziek van verlangen zijn als het object van onze liefde niet (meer) binnen bereik is. Je hoort vaak over achtergebleven echtelieden die na het overlijden van hun partner zelf snel verslechteren en heengaan. Als er een last op onze schouders drukt, hebben we opgetrokken schouders. Een oud-collega vertelde me eens verbluft hoe ze tijdens haar mensendieckbehandeling een massage kreeg die ervoor zorgde dat haar schouders een paar centimeters zakten. Het effect was twee dagen zichtbaar, daarna kreeg de druk wederom de overhand en zette zij haar schouders er weer onder. Opvallend vaak worden hart en handen in metaforische zin genoemd. We kunnen ons hart ophalen en uitstorten. We houden iemand de hand boven het hoofd of zijn er twee op één buik. Het hart neemt, op zowel lichamelijk als geestelijk vlak, dit middelpunt op natuurlijke wijze in. We kunnen niet leven of liefhebben zonder hart. Maar waarom dan toch de prominente plek voor onze handen? De hand symboliseert maakbaarheid, macht en acceptatie. Met onze handen creëren we, wijzen we terecht (of de weg), en reiken we uit naar datgene wat we willen en kunnen insluiten. De hand is in essentie het symbool voor kracht en eenheid. We kunnen niet maken of breken zonder handen. Deze scheppende of schendende kracht, die verantwoordelijkheid veronderstelt, laten we soms liever links liggen. Gaandeweg zijn we vergeten nieuwsgierig te zijn naar denkbare, lichamelijke reacties die hun oorsprong vinden in onze geestelijke gesteldheid. Daarmee verkwisten we een waardevolle vinger in onze ‘fysiekegesteldheidspap’. We zijn de onbevangen blik op uitingen van ons lichaam verloren, in een race waarbij het uitsluiten of onderdrukken van deze signalen altijd van rechts lijkt te komen. Of het nu gaat om een punthoofd of hartenpijn; we hebben een grotere hand in onze lotsbestemming dan we onszelf toekennen. Creatie gaat vooraf aan manifestatie. Als we deze manifestatie zouden weten te destilleren, werd inzicht ons elixer.
Sabine Meulenbeld is NLP-coach binnen De Mentale Smederij en communicatietrainer bij Ampect. “Ik vergelijk mijn beroep met dat van een drakentemmer. Als drakentemmer reik ik handvatten aan bij het temmen van innerlijke draken. Als je minder tijd verliest met het vechten tegen draken, blijft er meer tijd over voor het liefhebben van jezelf.” www.mentalesmederij.nl