Senioren zijn hip. Ze zijn actief en sportief, voelen zich waardevol als leidinggevende, mentor of (groot)ouder en draaien nog volop mee in het sociale leven. Zolang het kan. Want vroeg of laat komt iedere volwassene in meer of mindere mate in aanraking met de fysieke en psychische omstandigheden van het ouder worden, met uiteindelijk de gewaarwording van de eigen toekomstige en onontkoombare sterfelijkheid. Dit eindigheidsbesef is het belangrijkste gedragscriterium gedurende de tweede levenshelft en was ook de grootste fascinatie van hoogleraar psychogerontologie Joep Munnichs in zijn werk en onderzoek.