Een gezin, vroeger was dat normaal. Als kind groeide ik op in een omgeving die uit gezinnen bestond. Vaders, moeders, broertjes en zusjes. Geen vrijgezellen, geen samenwonende vrienden of vriendinnen. De bakker en de melkboer kwamen aan de deur en mijn moeder was altijd thuis. Leven in een dorp. Nu woon ik met de poes in een appartement. Onder mij een jong stel, ze werken allebei. Naast mij een Chinese familie van man, vrouw en een jongetje van een jaar of tien. Ze zijn onzichtbaar en onhoorbaar. Op de andere etages een vertaalster met een af en toe aanwezige vriend, een architect uit een Oost-Europees land, een gepensioneerd echtpaar, een automatiseerder met een exotische vriendin die onlangs een tweeling heeft gekregen, een vriendenpaar waarvan ik geen idee heb wat ze doen. Leven in het centrum van een grote stad.
We wonen tussen twee kantoorpanden in. Het ene staat al jaren leeg. En ineens verandert er iets in die losse club van mensen die in hetzelfde pand in dezelfde straat wonen, waar ze ook hun buren verderop niet kennen. Het lege kantoorpand dreigt omgetoverd te worden in een 24-uurskinderdagverblijf. Daarvoor moet dan wel het bestemmingsplan worden veranderd. Paniek, want niemand zit te wachten op 24 uur per dag zeven dagen in de week kindergeschreeuw en halende en brengende auto-ouders in de smalle eenrichtingsverkeerstraat.
In de kranten lezen we berichten over andere steden, waar buren van een kinderdagverblijf dol worden van het lawaai en eieren gooien op de speelplaats aan de achterkant. Zo zijn wij niet, zeggen we. Maar in deze wijk zijn al minstens tien kinderdagverblijven en alsjeblieft geen kinderspeelplaats in onze rustige achtertuin. In no time is er een actiegroep van een man of vijftig. We vergaderen enthousiast en groeten op straat als we elkaar tegenkomen. Alle leeftijden doen mee, niet alleen ouderen maar ook singles die na een dag werken thuis rustig op hun balkon willen zitten, en mensen met jonge kinderen die het geluid van hun eigen kinderen al genoeg vinden. Plotseling leven we samen in plaats van allemaal apart. Na een aantal hoorzittingen en rechtszittingen winnen we het pleit van de gemeente, die dat bestemmingsplan niet had mogen veranderen. De bouwvergunning wordt ingetrokken. De wat schimmige zakenlieden die het kinderdagverblijf wilden exploiteren zijn uit het zicht verdwenen. De tuin, al bij voorbaat ingericht als kinderspeelplaats, ligt er verwaarloosd bij. De rust is teruggekeerd. Samenleven in een grote stad. Of toch ieder apart? We groeten elkaar nog steeds. Is er in ons land zo’n grote behoefte aan coaching, doordat we veel minder het gevoel hebben in een gemeenschap te leven? Zonder vanzelfsprekende sociale controle maar ook zonder vanzelfsprekende onderlinge hulp? Het wachten is op de volgende calamiteit.
Els Ackerman werkt als ZZP’er in haar Praktijk voor Loopbaanadvies en Coaching in Rotterdam. Daarnaast geeft ze cursussen columnschrijven en autobiografisch schrijven en is ze redactielid van LoopbaanVisie. www.elsackerman.nl