“Ga je in therapie of naar een coach? En waarom?” Als we de kromme van Gaus erop loslaten, dan is het aan de uiteinders van de boog wel helder: links een onmiskenbare hulpvraag voor therapie en rechts een vraag over een sollicitatiegesprek, mooi voor de coach. Maar voor al die gesprekken ter hoogte van de boog lijkt een pasklare keuze niet voorhanden. Er zijn mensen die jaren bij een therapeut ‘lopen’, denkend dat ze ziek zijn en ineens door een coachgesprek in hun kracht komen. Andersom kan ook: een NLP-coach kan over het hoofd zien dat er een stevig sluimerend trauma wacht op aandacht.
Als je beroepsbeoefenaars vraagt wat het verschil is, heeft iedereen zijn eigen antwoord. Ik noem veiligheidshalve alleen deze: therapie wordt vergoed door de zorgverzekeraars en coaching niet. Nee, dan de overeenkomsten, waar ik het hier juist over wil hebben: er is sprake van een hulpvraag, de professional moet over een gedegen kennis beschikken, goed kunnen luisteren, iets, liefst veel weten van overdracht en een begeleidingsplan kunnen maken. To start with!
Van oudsher mag je je therapeut noemen na een gedegen studie psychologie. Coach ben je als je vindt dat je dat bent. Het is een ‘wild’ beroep; de voedingsbodem en de achtergrond van coaches is uitermate divers. Ze zijn dan ook niet onder een paraplu te vangen. Een coach kan zeggen: “Ik weet niet hoe het komt, maar als het werkt, is het goed.” Wellicht een vloek in de oren van een psycholoog met wetenschap in rug- en broekzak. Bij coaches speelt werk- en levenservaring en de daarop gebaseerde opleidingen een grotere rol dan de wetenschappelijke kennis. Dit betekent niet dat coaches niet professioneel werken. Een coach kan net als een therapeut, voor iemand een wezenlijke verandering bewerkstelligen. Voor beide beroepen geldt dat ze kennis moeten hebben van persoonlijke thema’s en problemen die hun bron vinden in de jeugd. Voor beiden geldt ook dat ze kunnen werken met een ontwikkelingsvraag of met verlangen naar een beter leven. De persoonlijke touch en de liefde voor de mens zijn voor beiden een onmisbare basis. Er is dus op zijn minst een enorme overlap. Alleen, coaches lopen achter.
Therapeuten zijn al vanaf 1930 bij beroepsverenigingen aangesloten en onderwerpen zich aan kwaliteitseisen. De coach als zodanig doet pas haar intrede in de jaren tachtig. En sinds een jaar of tien stellen de NOBCO, de NOLOC en erkende opleidingsprogramma’s stevige eisen. De klant kan kiezen voor een gecertificeerde coach.
Door verzoening tussen psychotherapie en coaching zouden beide beroepsgroepen veel van elkaar kunnen leren. De coach op bezoek bij de therapeut en vice versa met een grote dosis nieuwsgierigheid om elkaars werkterrein, inzichten en methodieken te verkennen. Door als coach samen te werken met psychotherapeuten en psychiaters, kunnen cliënten en klanten veel beter geholpen worden. Om hen gaat het tenslotte.
Saskia Teppema is redactielid van het Tijdschrift voor Coaching en werkt als trainer, executive coach en organisatieadviseur vanuit haar eigen bureau Teppema Executive Coaching. www.saskiateppema.nl