Boeddhistische wijsheden mogen soms zweverig klinken, maar vaak zijn ze keihard aangetoond in wetenschappelijk onderzoek. Dat geldt onder meer voor de uitspraak: “Energie volgt aandacht.” Een voorbeeld is het uiten van agressie en boosheid. Mensen geven graag uiting aan hun ergernis en frustratie omdat ze ‘hun hart willen luchten’, ‘het kwijt willen’, ze willen ‘afreageren’ en ‘stoom afblazen’. Het idee is dat je met schelden en schoppen je negatieve emoties ‘eruit gooit’. Maar juist door er op die manier aandacht aan te geven, versterk je de negatieve energie. Vele onderzoeken laten zien dat vijandigheid en agressieve gevoelens en gedachten alleen maar toenemen wanneer mensen verbaal of fysiek hun agressie uiten, bijvoorbeeld door tegen een boksbal te slaan (Bushman, 2002). Het uiten van agressie versterkt zichzelf: het bevordert nieuwe uitingen van agressie. Als je boos bent en je laat je gaan, ga je in feite jezelf steeds meer opfokken.
Iets vergelijkbaars geldt voor wraak en vergelding. Als iemand je onrecht heeft gedaan, ben je geneigd te denken dat je je beter voelt wanneer je wraak kunt nemen. Dit bleek onder meer uit een experiment van Carlsmith en collega’s (2008) waarin sommige deelnemers de gelegenheid kregen om geld af te pakken van iemand die hen financieel had belazerd. Iedere euro die ze hem afhandig maakten kostte henzelf 30 cent. Ondanks deze kosten maakten ze hier gretig gebruik van. Je zou denken dat ze zich na afloop beter voelden dan deelnemers die niet zo’n kans kregen om wraak te nemen. Maar het was juist omgekeerd: degenen die geen gelegenheid kregen om de oplichter geld af te pakken, voelden zich na afloop beter en ze dachten minder aan wat er gebeurd was.
Dat lijkt raar: we weten allemaal hoe prettig leedvermaak kan zijn. Mensen kunnen zich er zelfs op verheugen dat ze iemand gaan ‘terugpakken’. Maar dat we ons vooraf ergens op verheugen, zegt niet altijd iets over de werkelijke voldoening die we na afloop voelen. Het voelt alsof je de boosheid kunt loslaten en het gebeurde kunt afsluiten wanneer je wraak neemt. Maar door het nemen van wraak blijf je met je gedachten juist meer bij de boosdoener en bij wat je is overkomen. Je blijft erover piekeren en dat leidt tot meer negatieve gevoelens. Die negatieve gevoelens leiden weer tot nog meer gepieker en meer wraakgedachten, enzovoort. Vergelding kan fijn lijken, maar na afloop ben je er slechter aan toe.
Bedenk dat dit niet opgaat bij leedvermaak, waarbij iemand anders het leed toedient; daar hoef je zelf niet zo mee bezig te zijn, dat krijg je cadeau. Maar het zelf bedenken en toedienen van het leed vergt aandacht, waardoor je je boosheid blijft voeden. Net zoals mensen die op een boksbal meppen denkend aan hun boosdoener, nog kwader worden dan ze al waren. Door toe te geven aan je boosheid, blijf je jezelf opladen met negatieve gevoelens.
Wanneer mensen zich geprovoceerd of bedrogen voelen, blijven ze daar vaak over malen. Als coach heb je dan de neiging daarin mee te gaan: je wilt ruimte bieden aan dat negatieve gevoel, en je hebt geleerd dat mensen hun gevoelens niet moeten negeren. De betrokkenen zelf hebben vaak het idee dat ze pas verder kunnen met hun leven nadat de boosdoener is teruggepakt en afgestraft. Maar in feite is dat net zoiets als een brand willen blussen met benzine.
Het is dan ook beter om te kijken of je de aandacht van de persoon ergens anders op kunt richten; iets positiefs. De gedachten verzetten, iemand aanmoedigen om iets te gaan doen dat met boosheid onverenigbaar is, bijvoorbeeld iets kalmerends, iets gezelligs of iets waar je om moet lachen. Dat roept nieuwe reacties op die haaks staan op boosheid. Zodra iemand eenmaal de beweging weg van de negatieve gevoelens kan maken, komt de rest vanzelf.
Maar moeten mensen het onrecht dat hen is aangedaan dan accepteren? Ja, uiteindelijk wel. Wat daarbij kan helpen is een ruimere blik: relativeren, denken aan alle leuke dingen in hun eigen leven. Dat zijn effectieve manieren om van boosheid af te komen en je beter te voelen. Als dat lukt, kan het ook helpen om niet alleen maar door de vernauwde bril van de negatieve emotie te kijken.
Wanneer mensen bedrogen zijn, kunnen ze het gevoel hebben dat hun eigen geluk valt of staat met het ongeluk van de ander. Het is ook te oneerlijk als bijvoorbeeld degene die jou verlaat en je pijn doet in de zevende hemel is met een nieuw liefje. Of als iemand die over jouw rug is opgeklommen enorm succesvol wordt. En toch: je eigen geluk en eigen succes hangen af van jezelf. Uiteindelijk word je er zelf niet gelukkiger of succesvoller van als het slecht gaat met een ander.
De beste wraak is een gelukkig leven – en tegen de tijd dat mensen dat hebben, maakt het ze ook niks meer uit hoe het gaat met degene die hen bedonderd heeft.
Roos Vonk is hoogleraar sociale psychologie aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Haar specialismen zijn onder meer: de eerste indruk, zelfbeeld/zelfkennis, autonomie en authenticiteit, sociale beïnvloeding en macht, emoties en motivatie/inspiratie. Ze is auteur van veelgelezen boeken over menselijke gebreken, zoals ‘De eerste indruk’, ‘Ego’s en andere ongemakken’ en ‘Menselijke gebreken voor gevorderden’.
Referenties
- Bushman, B.J. (2002). Does venting anger feed or extinguish the flame? Catharsis, rumination, distraction, anger, and aggressive responding. Personality and Social Psychology Bulletin, 28, 724-731.
- Carlsmith, K.M., Wilson, T.D., & Gilbert, D.T. (2008). The paradoxical consequences of revenge. Journal of Personality and Social Psychology, 95, 1316-1324.