Als 68-jarige ervaar ik het thema ‘ruimte’ nadrukkelijk. Door het wegvallen van verplichtingen en vanzelfsprekendheden ontstaat er ruimte in mijn leven. Wat te doen: vertrouwd werk doorzetten, nieuwe dingen aanpakken, de verveling koesteren? Ruimte ervaren is enerzijds een vervulling van een langgekoesterde wens, anderzijds is er ook sprake van ‘horror vacui’, de angst voor de leegte. Een begrip dat staat voor de neiging van een kunstenaar om elk leeg plekje op te vullen: witangst. Meer filosofisch gaat het om het zoeken van mensen naar zekerheid op basis van angst voor het onbekende, voor het leven met onbeantwoorde vragen. Verlangen en angst: ruimte is een paradoxaal begrip en tegelijkertijd ook onderdeel van onze dagelijkse taal als begeleiders. Boeiende kost en U zult zien dat elke bijdrage aan dit (overigens op gerecycled papier gedrukte) nummer een eigen licht werpt op dit thema.
Het hoofdartikel van Joris Brenninkmeijer en Mieke Voogd laat zien op welke manier vragen stellen reflectieve ruimte kan bieden aan cliënten – ruimte voor leren. De column van Ferry Wilting zet ons aan het denken door te wijzen op de gelaagdheid van het begrip ruimte met het onderscheid in bedachte, waargenomen en geleefde ruimte. Michiel de Ronde houdt, via ‘muzisch onderzoeken’, een pleidooi voor het creëren van ruimte door middel van spel. Spelen is verleidelijk, geheimzinnig en plezierig en het leidt ons naar een ander weten. Michelle Kurzenacker sluit hier op aan met een voorbeeld vanuit haar werkplaats. Haar stelling: ‘Hoe beter je jezelf en je lichaam kent, hoe groter de handelingsruimte.’
Cees Sprenger benadrukt de noodzaak van ruimte voor rust en herstel van mensen, organisaties en onze planeet. Dit om de eigen stuurkracht te verstevigen. Een andere invalshoek, die van een specifieke doelgroep, bieden Joy Boelens en Marga Kelbling door aandacht te besteden aan de ruimte voor hoogsensitieve mensen binnen ons begeleidingskundige werk. In het interview komt Margriet Wentink aan het woord; ze is specialist in traumabehandeling. Ruimte maken voor het verwerken van trauma’s betekent de weg weer vrij maken voor levensenergie, stelt ze. Jikke de Ruiter en Sijtze de Roos vragen aandacht voor de politieke, de maatschappelijke ruimte van onszelf en onze cliënten: ‘We hebben niet de psyche maar de macht zichtbaar te maken.’ André Wierdsma benadrukt in De Weg de ruimte tussen mensen, de kwaliteit van het ‘in between’ van relaties en verbindingen. De boekenbespreking van Jacco van Uden wijst ons ten slotte op het gebruik van metaforen om speelruimte te creëren binnen organisatieontwikkeling. Heel veel leesplezier!
Kees Faber