Vorig jaar constateerden onderzoekers van het CAOP (Centrum Arbeidsverhoudingen Overheidspersoneel) dat in het po, vo en mbo, anders dan in het hoger onderwijs, vaker wordt deelgenomen aan kortdurende opleidingen, cursussen of trainingen en aan teamgerichte scholing (Vrielink et al., 2022, zie ook het artikel van Amber Walraven in dit themadeel). Dergelijke formele professionaliseringsactiviteiten worden in de regel door scholen of besturen georganiseerd en dat is zeker in deze tijden van meetbaarheid niet zo vreemd. Ze zijn immers een stuk makkelijker af te vinken dan hun informele pendanten. Die laatste sluiten echter een stuk beter aan bij de motivatie van de leerder doordat ze directer gekoppeld zijn aan het dagelijks werk en duidelijk gebruik maken van de praktijkkennis van leraren. Daarbij hebben ze echter wel een zekere inbedding nodig om te voorkomen dat het informele leren in vrijblijvende uitwisseling verzandt. En dat pleit, ook al komt het initiatief ervoor lang niet altijd van de leraren zelf, voor professionele leergemeenschappen oftewel PLG’s. Weliswaar mag je er geen onmiddellijke wonderen van verwachten, maar dat geldt nu eenmaal voor alle professionaliseringsactiviteiten. Op die kwestie komen we aan het slot nog terug, hieronder nu eerst een overzicht van wat we in de voorbije jaren in DNM aan kennis over PLG’s hebben bijeengebracht.
