In DNM 3.4 introduceerden Peter Leisink en zijn coauteurs strategisch hrm in het onderwijs als een visie op personeelsbeleid, waarin het niet alleen gaat om het bevorderen van het welzijn van medewerkers, maar ook om het met elkaar behalen van de strategische doelen van de schoolorganisatie door middel van personeelsbeleid. Aldus leidt strategisch hrm tot meer focus en samenhang in het personeelsbeleid, tot beter onderwijs en tot meer tevredenheid van medewerkers (Leisink et al, 2016). Welke school wil dat nu niet, maar hoe gaat strategisch hrm in zijn werk? Om dit nader te onderzoeken, hebben we bij de productie van deze focus de handen ineen geslagen. We zijn in dit geval medewerkers van Stap 2, het project van de VO-raad dat scholen ondersteunt bij het verbinden van hun onderwijsambities aan organisatie- en personeelsbeleid, en de DNM-redactie. Centraal in deze focus op strategisch hrm (shrm) staan vijf praktijkverhalen waarin medewerkers van scholen (po, vo, mbo) aan het woord komen over hoe zij aan de slag zijn gegaan met onderdelen van personeelsbeleid in relatie tot de onderwijsdoelstellingen. Deze verhalen worden voorafgegaan door een inleiding waarin het wat van shrm aan de orde komt. Hierin maken Gerritjan van Luin en Pieter Leenheer duidelijk dat shrm een mooi voorbeeld is van hoe er kan worden geleerd van een eerdere mislukking, in dit geval van integraal personeelsbeleid (ipb) dat rond 2000 niet bracht wat ervan werd verwacht. De ervaringen met ipb leren ons dat om shrm nu wel succesvol te laten zijn, aantrekkelijke onderwijsdoelstellingen, symmetrisch leiderschap en congruente taal belangrijke voorwaarden zijn. En vooral ook: shrm opvatten als een gezamenlijke trektocht.