Sinds twee decennia is sprake van toenemende individualisering. De Scandinavische landen zijn volgens ondermeer Popenoe (1993a/b) het verst gevorderd in het individualiseringsproces. Dit wordt afgeleid uit het hoge aantal echtscheidingen en het groeiende aantal eenoudergezinnen en eenpersoonshuishoudens. De conclusie is dat huwelijken aan betekenis verliezen en dat waarde(n)-loze sociale relaties de overhand krijgen. Dit alles roept de vraag op of gezinnen nog wel in staat zijn om borg te staan voor het ontplooien en doorgeven van sociaal kapitaal en welke hulpbronnen daarbij kunnen worden aangereikt.