Voor een keer had ik de afspraak niet goed begrepen. Ik was in het Noord-Nederlandse Schagen, de ‘geluksgemeente’ waar we samen met de inwoners meer dan twintig officiële Geluksplekken benoemd hebben. Ik zou er drie sessies geven: rond de middag voor onderwijs, in de namiddag voor de ondernemers en ’s avonds voor heel de stad. Bleek dat ik de aanpak voor de eerste sessie lichtjes fout had ingeschat. Ik dacht dat ik voor leraren zou spreken. Tot er plots honderdtwintig kinderen binnenstormden, enthousiastelingen tussen tien en twaalf jaar.